Categorieën
2021

Op je tellen passen

Thuis lezen wij momenteel de veertigdagenkalender uit 2010 onder de titel “40 (op je tellen) passen naar Pasen”. De vastenperiode loopt gelijk op met die van nu. De kalender werd uitgegeven door de Protestantse kerk in Amsterdam, de Oranjekerk in Amsterdam  en de Vereniging van Vrijzinnige Protestanten Nederland.

Wij werden geraakt door de tekst bij zaterdag 6 maart. Juist door de actualiteit van die tekst, de aantallen zullen naar wij hopen in positieve zin veranderd zijn.

Ook de laatste alinea, op je tellen passen, sluit naadloos op het heden, juist nu we de uitkomsten van de afgelopen periode mogen zien waarin wij onze stem lieten horen.

(c) Ad en Geeske

De wereld in een notendop

Indien je vanmorgen wakker bent geworden en je bent gezond, dan ben je gelukkiger dan 1 miljoen mensen die in de komende dagen zullen bezwijken aan een ziekte.

Indien je nooit oorlog, eenzaamheid, honger of lijden hebt meegemaakt, dan ben je gelukkiger dan 500 miljoen mensen in de wereld.

Indien je naar de kerk kunt gaan zonder je bedreigd te voelen, zonder gearresteerd te worden of dat je gedood wordt, dan ben je gelukkiger dan 3 miljard mensen in de wereld.

Indien je eten in de koelkast hebt liggen, gekleed bent, een dak boven je hoofd hebt en een bed om in te slapen, dan ben je rijker dan 75% van de bewoners van de wereld.

Indien je een bankrekening hebt, wat geld in je portemonnee of een beetje klein geld in een doosje, dan hoor je bij de 8% rijkste mensen van de wereld.

Indien je dit kunt lezen, dan ben je dubbel gezegend want je hoort niet bij de 2 miljard mensen die dat niet kunnen.

Pas dus op je tellen, want als je op alles ja hebt kunnen zeggen, dan ben jij in tel en telt jouw stem mee. Al die stemmen bij elkaar opgeteld kunnen regeringsleiders en machthebbers van de wereld op hun tellen laten passen!!

Categorieën
2021

Eerlijker

“Als ik voedsel geef aan de armen, noemen ze mij een Heilige, als ik vraag waarom de armen geen voedsel hebben noemen ze mij een Communist.” 

Dom Helder Camara

Helderder dan met deze uitspraak van Dom Helder Camara (aartsbisschop van Olinda en Recife van 1964 tot 1985) kunnen we onze roeping niet verwoorden:

“Jullie zijn door mijn Vader gezegend,  ….   want ik had honger, en jullie gaven mij te eten …”

Matt. 25: 34-35 

Wij geven aan voedselbank en diaconie, maar nog feller roept het evangelie ons op een wereld te bouwen waar alle mensen een eerlijk deel krijgen van onze gemeenschappelijke rijkdom. Wat doe jij met die roep? Ben jij een heilige of een communist?

(c) Eric

Categorieën
2021

Vasten

De 40-dagentijd wordt ook wel vastentijd genoemd.
Het thema van deze week: ‘De hongerigen eten geven’ lijkt daadwerkelijk heel dicht bij de betekenis van  het woord ‘vasten’ te liggen.

De Dikke van Dale schrijft het volgende: Vasten: weinig of niets eten en drinken, m.n. uit godsdienstige overwegingen.

Maar tijdens de 40-dagentijd heeft het begrip ‘vasten’ inmiddels een bredere betekenis gekregen: iedereen die vast heeft daar zijn eigen redenen en eigen manier voor. Door bijvoorbeeld niet te snoepen of geen alcohol te drinken sta je stil bij de overvloed die wij hebben. Sommige mensen kijken geen tv of gebruiken geen social media. Je houdt dan tijd over: om te bidden, na te denken over je geloof of om iets te doen voor een ander.

Vasten is een soort trainen. Net zoals je in de sportschool het jezelf kunstmatig een beetje lastig maakt om zo je spieren te ontwikkelingen en je conditie te verbeteren. Zo is vasten een methode om jezelf geestelijk een beetje onder druk te zetten om zo je spirituele uithoudingsvermogen te vergroten.
Bij vasten gaat het dus niet om spierkracht, maar om wilskracht. Door jezelf iets kleins te ontzeggen train je je vermogens om in het algemeen meer door te zetten en nee te zeggen.

Waarmee ga jij deze week je wilskracht trainen?

Door geen snoep te eten? Door niet ieder moment op je telefoon te kijken om Instagram of Snapchat te checken? Of begin je heel simpel door in plaats van frisdrank water te drinken?

Probeer het maar eens! Succes!

(c) Inge

Categorieën
2021

Om een mens…

Een droge boterham, een boterham met kaas, een hele lunch, wat geef je iemand die honger heeft? Antjie Krog maakt het, thuis in Zuid-Afrika, vaak mee: iemand aan de deur die honger heeft. Ze geeft dan niet alleen eten. Ze geeft leven, adem, opstanding zelfs. Die ander, die komt om brood, helpt haar om toe te treden tot de wereld waaraan we allen deel hebben. Een gegeten wereld is een beminde wereld.
Je hoort hieronder eerst de – door mij ingesproken – Nederlandse vertaling. Daaronder vind je een link naar het Afrikaans origineel, voorgedragen door de dichter zelf.

(c) Roel

Een mens te eten geven – Antjie Krog (voorgelezen door Roel Bosch)

om ‘n mens kos te gee

The world as food is the world humanized. – Martin Versfeld

die toebroodjie en tee in my hande is die asemmaking van die wêreld
elkeen wat by my voordeur kom kos
vra    ontvreem my tot toetrede:

as die mes noukeurig botter tot in die broodkorsie
sprei het die driehoeksbroodjie my reeds ont-eng
‘n liggaam knie tussen honger en afgrond
‘n geëte wêreld is ‘n liefgehêde wêreld

botter is die naderbare wese van brood
brood rig hom tot skywe roomglippende avokado
tamaties sing onder die knars van sout en peper
lintjies krakerige spinasie ‘n krakeling roket

priemsels lemoenskil     ‘n druppel balsemiek
en die ware diep bariton van kaas
hoor hoe galm die onverslytbare sentrum van brood
    …aan mekaar voorgestel word die broodjie ‘n psalter

orn kos met gulheid te begelei is ‘n morele daad
die toebroodjievulsel wat nou sugsag in ‘n bakhand
stort    die beker rooi tee en boegoe –  dit alles boekstaaf
‘n breedgeurende verwante bywoord;       welbehae

die naelstring tussen jou en my en die wêreld
is die toebroodjie — brood en botter gee lig(gaam) af
botter openbaar die rossige brood    tamatie
die helderademende ui     op die sypaadjie eet jy

uit hongerte smag jy dalk drank    maar êrens
ook oorval deur die geur van diepgehegte aarde
:opstanding begin by die brood en die botter
en die man in die deur se mede-wêreldse mond

Uit: Medeweten, gedichten, p. 91, 93

Categorieën
2021

Honger

Ik zeg het eigenlijk nooit: ik heb honger. Ik zeg meestal: ik heb trek. Of is dat van hetzelfde laken een pak?

Ongetwijfeld ben ik niet de enige bij wie het woord honger direct een associatie oproept met mensen in landen als Soedan, Jemen, Somalië. Ondanks dat de blik op ontwikkelingshulp de afgelopen jaren drastisch is bijgesteld door de Nederlandse overheid in vergelijking met vorige decennia, komen de heftige, indringende beelden van ondervoede baby’s en kinderen nog regelmatig ongefilterd voorbij op tv. Ik herinner me nog steeds de reportage van Floortje Dessing die eind 2019 een kinderziekenhuis in Jemen bezocht. Ik weet niet of ik de beelden van een broodmagere baby van 4 maanden oud ooit nog van m’n netvlies kan krijgen. Het moet toch je reinste nachtmerrie zijn als je de ouder bent van dat kind, of als je als arts of verpleegkundige in dat ziekenhuis werkt. Ach, laten we eerlijk zijn: als je mens bent. En juist een dergelijk bestaan heeft daar maar weinig mee te maken; met menselijkheid.

En toch…

Toch zijn er altijd weer mensen die medemenselijkheid uitdragen. Juist in de meest penibele situatie, waarin alle hoop eigenlijk vervlogen lijkt, staan mensen op om recht en onrecht. Ook daar, of misschien dus juist daar, in dat kinderziekenhuis in Jemen. Mensen die hebben besloten om niet langer toe te kijken, maar om in actie te komen. Zo’n besluit heeft direct gevolgen voor de ander, maar begint altijd bij jezelf.

Ik heb bijzonder veel waardering voor deze mensen. Heel eerlijk gezegd denk ik dat ik het niet lang zou volhouden op die plek. Des te groter is mijn bewondering voor haar, voor hem die omziet naar een ander, en in dit geval hongerige kinderen te eten geeft.

Tijdens het avondmaal in de kerk zingen we vaak Voor ieder van ons een plaats aan de tafel, voor ieder van ons schoon water en brood. Soulzangeres en singer-songwriter Leona Philippo maakte een mooie opname van dit lied. Het gaat over jou en mij, over ontvangen en delen, over iedereen die een plek mag hebben aan dezelfde tafel. Hoe je leven ook verliep of verloopt, je bent welkom zoals je bent. Dat raakt me wanneer we dit lied samen zingen.

Wat een onvoorstelbare luxe eigenlijk, om iedere dag weer eten en drinken op tafel te hebben staan. Dat er zoveel is, dat we in die gaven rijkelijk kunnen delen met elkaar. Hoever reiken onze armen als we ze maximaal uitstrekken?

(c) Daniël